|
||||||||
|
God, wat is het lastig om een etiketje te bedenken dat helemaal de lading van deze plaat dekt… De plaat is nu een goeie twee maanden uit en ik was intussen bij een paar van de lancerings-concerten, in de hoop daar een aanzet tot categorisering te kunnen vinden. Niet dus. En da’s eigenlijk het grootst denkbare compliment. De bruyn en Hautekiet zijn intussen zo’n duo geworden, waar geen woorden meer nodig voor zijn, maar waarbij ja vanaf de eerste noot hoort dat zij het zijn. Voor de mondharmonica’s-met-loops zijn we dat al een beetje gewend, ook al sinds Stevo al eens in theatersettings opduikt. Ook de vorige plaat, Aanhou Geraas Maak, heeft zich een plaatsje tussen onze oren verworven en het gegeven dat Jasper allang niet enkel maar bassist is -maar wat voor één- en zijn speelveldje heeft verruimd tot allerhande toetsen, al dan niet elektronisch gestuurd, maakt dat de klank van het duo keer op keer meer herkenbaar wordt, maar niet onder één labeltje past. Soit, ik ben geneigd me daar bij neer te leggen, zeker sedert ik bij Michael van Time Out op Radio 1 hoorde hoe de twee tewerk gaan in de studio: nauwelijks iets vooraf afgesproken, maar laten gebeuren wat gebeurt en daarop inspelen en ergens naartoe gaan. Het is weinigen gegeven, maar deze twee doen het, ook nu weer. Ik zou het in de verste verte niet aandurven de hoestekst van meester-pen Guy Peeters tegen te spreken, als hij uitlegt waarom de term “cinematic” stilaan elke betekenis verliest, maar ik kan enkel onderschrijven wat hij poneert: dit is muziek waar de beelden nog moeten bij gemakt worden, dit is geurmuziek, waarvoor de recepten nog moeten uitgeschreven worden. De toevoeging van allerhande elektronisch fraais maakt dat deze plaat simpelweg elk van je zintuigen aanspreekt en dat je van het ene naar het andere continent meegenomen wordt, zonder dat je het zelfs maar beseft. Dit is de soundtrack die je diets maakt hoe het universum van Steven en Jasper eruit ziet: weg met alle conventies waarmee je vertrouwd bent, maar op naar niet eerder verkende paden en landschappen. Veel luisterbereidheid wordt van de luisteraar verwacht, zeker weten. Maar de beloning is immens: de hoeveelheid schoonheid die over jou heen wordt gestrooid is nauwelijks in woorden te vatten. Iemand zou er…wel…beelden moeten bij bedenken. Je kunt weliswaar aanvoelen wanneer je in het Oosten zit, dan wel of je meer zuidelijk terecht gekomen bent of weer helemaal in zuidelijk Afrika zit, maar helemaal duidelijk wordt het pas, wanneer je keer op keer opnieuw luistert en meegaat in die heel aparte wereld. Dat de twee er ook live in slagen deze wereld voor de toeschouwers op te roepen en vorm te geven, doet niks meer of minder dan ten overvloeden bewijzen welke straffe muzikanten ze zijn. Ik denk dat ik het etiketje beetheb: dit is gewoon “eigen wereld”-muziek, maar van nauwelijks te vatten universaliteit. Adembenemend, punt ! (Dani Heyvaert)
|